Geraadpleegde bronnen:
|
|
1. |
Harmelen op weg van oud naar nieuw |
door J.G.M. Boon |
2. |
De hervormde gemeente Harmelen |
door J. de Bruijn |
3. |
Kunstreisboek voor Nederland |
Rijkscomm. voor Monumentenzorg |
4. |
Ontginningen en publieke organisatie in door Doctoraal werkgroep 1976/1977 het gebied aan weerszijden van de Oude Rijn tussen Utrecht en Zwammerdam |
door Doctoraal werkgroep Historisch Seminarium van de Universiteit van Amsterdam |
5. |
De Orgelmakers Witte |
door Streekmuziekschool Gorinchem |
In 2012 verscheen het boek "Rondom Het WOORD" geschreven door J. Kwantes over de geschiedenis van de Hervormde gemeente van Harmelen en haar kerkgebouw. Voor meer informatie over dit boek kunt u contact opnemen via het emailadres: Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.. Op onderstaande foto ziet u Titia Cnossen die het boek uitreikte aan de Heer Kwantes.
Het kunstreisboek (van de Rijkscomm. voor Monumentenzorg) zegt van de kerk van Harmelen het volgende: Het is een laatgotische eenbeukige kruiskerk. Toren en koor kunnen uit het begin of midden der 15e eeuw dagtekenen. Het bijzonder brede schip en het dwarsschip zullen een halve eeuw jonger zijn. In 1900 is de kerk geheel afgebrand en vervolgens gerestaureerd. Aan de noordzijde van de toren springt het schip met een aardig veelhoekig doopkapelletje uit. Laten wij aan de hand van de andere nu ten dienste staande bronnen eens nagaan wat er zoal van dorp en kerk te melden is.
Ontstaan van Harmelen: Het is niet precies bekend wanneer het dorp Harmelen gesticht is. Volgens de historici heeft Harmelen een zeer oude kern. De polders Harmelerwaard en Oudeland, gelegen aan de oeverwallen van de Rijn, vormen het oudste deel van de nederzetting van Harmelen, vermoedelijk daterend uit de 8e en de 9e eeuw. De nederzetting is zeker ouder dan de gelijknamige parochie en zeker van voor ca.1125. Het is dan niet onwaarschijnlijk dat de bewoners van de nederzetting Harmelen voordien tot de parochie Vleuten hebben behoord. De naam Harmelen moet op een hoge ouderdom wijzen. De oude kernen in dit gebied zijn alle gevestigd op de rivierkleigronden die aangetroffen worden ter weerszijden van de oude bedding van de Rijn, die ook wel oeverwallen genoemd worden. Het is gebleken dat de nederzetting Harmelen ongeveer tegelijkertijd gesticht moet zijn met Vleuten, Woerden, Linschoten, Oudewater en Bodegraven. De parochie van Harmelen is minder oud dan de parochies van bovengenoemde plaatsen. De bisschop van Utrecht schijnt door eigen toedoen in samenwerking met de lokale heren de kerk van Harmelen gesticht te hebben t.b.v. de toename van de bevolking als gevolg van de jonge ontginningen bij Harmelen n.l. de polders Reijerscop en Bijleveld.
Ontstaan Kerkgebouw: Wanneer het kerkgebouw van Harmelen is gesticht is niet precies bekend. Zeker is dat de kerk onder het jaar 1279 voorkomt in het tiendregister van 1275-1280. Volgens De Bruin is er reeds in de 9e eeuw sprake van een kerkgebouw in Harmelen. Zoals reeds eerder gezegd is behoorden de bewoners van Harmelen vrijwel zeker aanvankelijk bij de Parochie Vleuten. De patroonheilige van de kerk van Harmelen is St.Dionysius, waarover opzich verder niets bekend schijnt te zijn. Het eerste kerkgebouw zal een eenvoudig Romaans kerkje geweest zijn waaraan vrijwel zeker tufsteen verwerkt is geweest. Tufsteen werd vaker bij Romaanse kerken in dit gebied toegepast. In het koor van het huidige kerkgebouw is nog tufsteen aangetroffen dat waarschijnlijk afkomstig is geweest van het vroegere kerkgebouw. Op 26 augustus 1581 geven de Staten van Utrecht een plakkaat uit waarin de exercitie van de Roomse religie, zoals dat toen heette, verboden wordt. Zo komt de Reformatie ook in Harmelen. Vermoedelijk zal evenals elders in de Rijnstreek, in Harmelen, eerst de Lutherse-leer gevolgd zijn. In hoeverre in Harmelen sprake is geweest van een beeldenstorm, is niets bekend. Eerst later ging men geleidelijk over op het Calvinisme.
Verdere kerkgeschiedenis: In 1589 kwam in Harmelen de eerste predikant in de persoon van Ds. Jacobus Hardenberch, gezonden door de Staten. In 1593 besloten de Staten tot kerkvisitatie ten plattelande en dus ook in Harmelen. Het kerkvisitatierapport vermeldt: De kercke is hier verbrant, maar daar is in deselve wederomme een seer bequame plaetse gemaekt omme te predicken. De volledige restauratie had pas ca. 1639 plaats. Het middeleeuwse karakter van de kerk is bij deze restauratie bewaard gebleven, aldus de geschiedschrijvers. Toren en koor worden geschat te dateren van 1400 - 1450; Schip en dwarsvleugel of transept van 1450 - 1500. Bij de inval van de Fransen in 1672-1673 werd de torenspits in de brand gestoken. De kerk werd ook beroofd van vele inwendige versieringen zoals o.a. de gebrandschilderde wapens in de ramen die dateerden uit 1636. Het opvallende van de kerk zijn de twee gemetselde zuilen, die bij een dergelijke kerk niet te verwachten zijn. Zuilen horen eigenlijk bij een meerbeukig schip, terwijl de Harmelense kerk een éénbeukig schip heeft.
Kerkvoogdij 1930
Graf(zerken): Ten aanzien van het begraven in de kerk wordt opgemerkt op 13 juli 1795: "De diaconie heeft nog 5Ã 6 graven, waarvan ze volgens belofte twee nodig heeft en daarom wordt besloten er enige bij occasie te verkopen" Tijdens de laatste restauratie zijn er nog restanten van grafzerken die zeker uit deze kerk afkomstig waren, gevonden. Vanwege het verlagen van de koorvloer is het tongewelf van het graf in het koor verwijderd en het graf is gevuld met zand. Orgel: In 1827wordt op 7 okt. een orgel ingewijd. Of dit het eerste orgel is, is niet bekend. Interieur: In 1829 worden aanmerkelijke verbeteringen aangebracht aan preekstoel en doophek. Ook worden er nieuwe koperen blakers en twee nieuwe koperen kandelaars aan het doophek aangebracht. Opnieuw restauratie (rond 1840) : Op 1 nov. 1840 blijkt de kerk opnieuw gerestaureerd te zijn waarbij opgemerkt wordt dat de kerk geruime tijd in onbruikbare toestand is geweest. Men had drie maanden elders kerk moeten houden. Orgel (vervolg): In 1848 wordt er weer een orgel geleverd aan de kerk. Wat er met het oude gebeurd is, is niet bekend. Dit orgel leek op het orgel van de Evangelisch Lutherse kerk van Woerden en was gemaakt door de fa. Bätz te Utrecht. Brand en restauratie: Op zaterdag 23 juni 1900 brandt de kerk geheel uit door blikseminslag. Men gaf aan de architect J.C. Wentinck te Schalkwijk opdracht een nieuwe kerk te ontwerpen, want men was voor een comfortabele en grote kerk. Het besluit tot het slopen van de restanten van de kerk en de toren was door de burgerlijke en kerkelijke gemeente genomen.
Op het laatste moment weet de burgemeester van toen: H.Ph.Baron van Heemstra de sloop te voorkomen en de mensen te overtuigen dat wederopbouw het enige verstandige is, wat te doen staat. Dezelfde architect J.C. Wentinck en zijn vader E.G. Wentinck maken een nieuw bestek en tekeningen t.b.v. de wederopbouw. Ook de beroemde architect Dr.P.J.H.Cuypers, architect van de wederopbouw van kasteel de Haar te Haarzuilens, het Rijksmuseum te Amsterdam, het Centraal Station te Amsterdam en vele z.g.n. Neogotische kerken waaronder de bekende St.Vitus-kerk te Hilversum, heeft de herbouw van de kerk van Harmelen sterk bevorderd. Restauratie: Bij deze restauratie zijn de volgende onderdelen gewijzigd: 1. De raamopeningen zijn voorzien van traceringen van zandsteen, die zeker na 1840 niet meer aanwezig waren. Hierbij moet echter opgemerkt worden dat de gekozen vormen vrijwel zeker niet authentiek zijn voor onze kerk. 2. De toren is geheel bekleed met een nieuwe harde baksteen zoals die veel bij de Neogotiek gebruikt werd. Het idee van de torenbekleding schijnt afkomstig te zijn van Dr.P.J.H.Cuypers. De bekleding werd nu verticaal aangebracht zodat de toren, die uit het lood stond, voor het oog weer verticaal kwam te staan. 3. De houten balustrade van de toren wordt vervangen door één van steen. 4. Het koor werd d.m.v. een binnenwand met galerij waarop een orgel, gescheiden van de kerk. De preekstoel kwam nu tegen deze afsluiting te staan. Het is niet bekend waar het orgel en de preekstoelvroeger hebben gestaan. Het is echter bekend dat er vroeger ook reeds een afscheiding van het koor geweest is. Interieur en orgel (1902): Al met al heeft de kerk die 19 jan. 1902 plechtig werd ingewijd toch een sterk Neogotisch karakter gekregen. Het meubilair, de herenbanken, de preekstoel en het doophek hebben echter een sterk Neorenaissance karakter gekregen. In de 19e eeuw werden veel meer combinaties van stijlen toegepast als gevolg van het z.g.n. eclecticisme. In 1902 wordt ook een nieuw orgel aangeschaft. Dit orgel is een z.g.n. Bätz-J.F.Witte orgel dat zelfs nog enige onderdelen bevat van het vorige orgel uit 1848 (naar men zegt). De compositie van dit huidige orgel lijkt op het orgel van de Oud.Katholieke Kerk van Heilige Maria te Utrecht. Het is het laatste geleverde orgel door de fam. Bätz-J.F.Witte. De Domkerk in Utrecht heeft ook een Bätz-orgel. Restauratie 1977-1978: In 1977-1978 is het kerkgebouw opnieuw gerestaureerd. Als gevolg van uitstel van deze eerder noodzakelijke restauratie was er ook achterstallig onderhoud ontstaan. Deze laatste restauratie stond onder leiding van Ir.T.van Hoogevest uit Amersfoort. Gedurende de restauratie werden de werkzaamheden omvangrijker als gevolg van noodzakelijkerwijs aanpakken van meerdere onderdelen van het gebouw. Deze laatste restauratie kan als volgt gekarakteriseerd worden: Het 19e-eeuws karakter van de kerk moest gehandhaafd blijven. Dus niet terug-restaureren naar het midden van de 15e-eeuw. De belangrijkste werkzaamheden waren tenslotte: a. De gehele kerk werd voorzien van een nieuw leien dak met een strakke maasdekking. b. De raamtraceringen zijn geheel gerestaureerd en gedeeltelijk vernieuwd. c. Het glas-in-lood is geheel verwijderd geweest, geheel gerestaureerd en aan de buitenzijde voorzien van een kunststof (lexan) bekleding ter bescherming. d. Van het gevelmetselwerk zijn alle voegen vernieuwd. D.w.z. alle voegen zijn uitgehakt en opnieuw aangebracht. Als gevolg hiervan is het verschil tussen de verschillende steenkwaliteiten in de gevel minder opvallend. e. Er is nu een centrale verwarming aangebracht. f. De consistoriekamer kreeg weer de grootte van het koor terug doordat de erin getimmerde afscheiding verwijderd werd. Al met al heeft het kerkgebouw weer een zeer fraai en een voornaam uiterlijk gekregen en kan zij weer een lange periode mee, naar wij hopen. Het meubilair, althans de kerkbanken zijn geheel overgeschilderd, geëikenhout, omdat tijdens de restauratie als gevolg van het instorten van een loods waarin dit meubilair was opgeslagen, een deel van het meubilair ernstig beschadigd werd. U vindt nu de volgende interessante objecten in de kerk: • Op de trekbalken van de kap, teksten in fraaie gotische letters • Een herdenkingssteen van Prof.Petrus Burman, eertijds bewoner van Huize Batestein • Een cartouche in het koor ter herinnering aan Prof.Abraham(us) Willing(ius) eveneens eertijds bewoner van Huize Batestein • Een Grafzerk van Jacob Haring bij de preekstoel. Het wapen daarin is een z.g.n. sprekend wapen, een dwarsbalk waarop een haring vergezeld van drie schuinrechts liggende scheepsankers, helmteken en een staande haring met de kop naar beneden. Bij de restauratie van 1901 zijn de overige zerken verdwenen. • Een groot bord met de Tien Geboden en één met de Twaalf Artikelen • In de toren is er een herdenkingssteen aangebracht voor de restauratie van 1900 • In de kerk is boven de uitgang naar het Noorderportaal ook een herdenkingssteen aangebracht voor de restauratie van 1900 • In het Noorderportaal is een eenvoudige steen aangebracht die ons herinnert aan de restauratie van 1977-1978. Monumentenwacht Momenteel wordt het kerkgebouw regelmatig gecontroleerd door de Monumentenwacht. Zij inspecteren het gebouw, doen kleine reparaties en geven advies voor onderhoud. Op deze wijze wordt de noodzaak van een grote restauratie minder snel nodig hetgeen een grote besparing van kosten tot gevolg heeft, zowel voor de kerkelijke gemeente als voor de bijdragen van het Rijk en gemeente. Tenslotte Het kerkgebouw van de Hervormde gemeente te Harmelen is een bijzonder fraai gebouw. Het is een sieraad voor het dorp en haar toren pronkt fier in het dorpsbeeld van Harmelen. Toch hebben ouderen onder ons enige heimwee naar de toestand van voor de reconstructie van het dorpscentrum. Toen stond de kerk ingebouwd door een aantal panden zoals dat nog het geval is in Linschoten. Een dergelijke situatie past beter bij het karakter van het dorp. De klok is echter niet terug te draaien. Maar al is een kerkgebouw nog zo mooi, het gaat tenslotte om het Evangelie, de Blijde Boodschap, welke boodschap gelukkig steeds opnieuw gehoord mag en kan worden in dit eeuwenoude kerkgebouw. Juist dit stemt velen tot grote blijdschap. Daarom zijn wij allemaal trots op het zo fraai gerestaureerde kerkgebouw. J.Kwantes
Ook een interessante link is: Universiteit Utrecht
|
Hieronder een overzicht van de dominees die in
onze kerk hebben gestaan vanaf 1882 - 2012.
|
|
Ds.J.W. van Rijswijk Bevestigd 11 Mrt 1832 Overleden 10 Dec 1872 |
Ds. A.E. van der Dussen Bevestigd Juni 1874 Vertrokken 24 Juni 1877 |
|
|
Ds C. P. N. Pikaar Bevestigd 2 Dec 1877 Vertrokken 16 april 1882 |
Ds P.H. Wiersma Bevestigd 16 Juli 1882 Vertrokken Maart 1886 |
|
|
Ds W. Ringnalda Bevestigd 26 Sept 1886 Uit ambt onzet 1 Juni 1887 |
Ds H. J. L. Poort Bevestigd 13 mei 1888 Vertrokken 15 febr 1891 |
|
|
Ds C. W. A. Nonhebel Bevestigd 24 Mei 1891 Uit ambt onzet 1 Juni 1902 |
Dr. H. J. Olthuis Bevestigd 14 Juni 1903 Vertrokken 5 Juni 1910 |
|
|
Ds. W. M. A. Kolkman Bevestigd 1 mei 1911 Emeritus 1 Juli 1915 |
Ds. W. R. Boerendans Bevestigd Oct 1916 Vertrokken 26 mei 1929 |
|
|
Ds. D. Plantinga Bevestigd 15 Dec. 1929 Emeritus 1 Sept. 1938 |
Ds. P. Zijlstra Bevestigd 21 Mei 1939 Vertrokken 7 Dec. 1947 |
|
|
Ds. E. Schroten Bevestigd 2 Mei 1948 Emeritus 26 April 1970 |
Ds. B. de Graaf Bevestigd 24 Januari 1971 Vertrokken 4 Januari 1976 |
|
|
Dr. P. van den Heuvel Bevestigd 4 Juli 1976 Vetrokken 15 Oktober 1989 |
Ds. A. A. A. Prosman Bevestigd 14 Januari 1990 Vertrokken 28 September 1997 |
|
|
Ds. H. W. Riphagen Bevestigd 30 Augustus 1998 Overleden 17 Februari 2001 |
Ds. C. C. J. van der Dussen Bevestigd 13 Oktober 2002 Emeritus 19 Februari 2012 |
Orgel en organisten van de Hervormde Kerk te Harmelen vanaf 1827
In 1827 schonk J.W. Racer Fortuin zijn huisorgel aan de Hervormde Kerk te Harmelen. In 1847 ontvingen de kerkvoogden een legaat dat hen in staat stelde een nieuw orgel te laten bouwen door de firma Bätz te Utrecht. Dit orgel werd in 1848 geëxamineerd door de Utrechtse domorganist W.J.F. Nieuwenhuijsen. Het instrument vertoonde veel overeenkomsten met het huidige orgel van de Evangelisch-Lutherse Kerk te Woerden. Het werd geheel door Witte vervaardigd. In 1899 gingen kerk en orgel helaas in vlammen op. De opdracht voor de bouw van een nieuw orgel werd in 1900 verstrekt aan de firma Bätz-Witte. Het nieuwe instrument, dat het laatste orgel van deze beroemde orgelbouwersfirma zou worden, werd in 1902 in gebruik genomen. Het werd voltooid door de fa. Maarschalkerweerd. In 1981 volgde een restauratie door de firma Flentrop. Het instrument staat thans nog in de originele staat in deze kerk.
Dispositie van het Bätz/Witte-orgel (1902)
Hoofdwerk C-f3: Bourdon 16' Prestant 8' Octaaf 4' Flageolet 2' Mixtuur 2-3-4 sterk Trompet 8'
|
Nevenwerk C-f3: Holfluit 8' Salicet 8' Fluit 4'
|
Pedaal C-d1: Subbas 16' (transmissie) Koppel HW+NW Koppel Ped+HW Koppel Ped+NW Ventiel
|
Organisten:
Dick Kaptein (Zeist) was organist tot 1968. Hij was ook muziekdocent.
Bert ten Hoeve was van 1968 tot 1975 organist.
Piet Vree was van ... tot 1976 organist.
Johan Nap was van 1964 tot 1977 organist.
Ad van Pelt was vanaf 1976 tweede organist. In 1977 werd hij benoemd tot eerste organist. Hij vervulde deze functie tot het begin van 1991. Hij nam afscheid in verband met zijn benoeming tot hoofdorganist van de Oude Kerk te Huizen en een uitbreiding van zijn functie in de Petrus- en Maranathakerk te Woerden. Op 13 januari 1991 speelde hij in Harmelen zijn laatste dienst. Nadien heeft hij er nog enkele concerten gegeven, onder meer in 1998 en 2006.
Harry Hoogeveen (geb. 1960) was vanaf 1976 derde organist. In 1977 werd hij benoemd tot tweede organist. Hij bekleedde deze functie tot ca. 1999.
Piet Verlaan was vanaf circa 1980 tot circa 1995 derde organist.
Gijsbert Lekkerkerker (geb. 1947) is sedert 1991 hoofdorganist. Hij studeerde onder meer aan het Utrechts Conservatorium en aan de Hochschule für Musik und Darstellende Kunst te Wenen.
Adry Mary Kwantes was van ... tot ... derde organiste.
Marijn van der Beek (geb. 1978) was van 1998 tot 2009 tweede organist.
Nico van der Kooij is sinds ... organist. Daarnaast is hij onder meer organist van de Hervormde Gemeenten te Hazerswoude en Woerden.
Couzijn van Leeuwen behoort sinds 2007 ook tot het organisten-team. Daarnaast is hij onder meer organist van de Hervormde Kerk te Kamerik.
Jan Willem Heuting behoort sinds 2009 ook tot het organisten-team.
Dowload hier de Nieuwsbrief van de Stichts-Hollandse Historische Vereniging, Projectgroep Harmelen met een speciale editie de Hervormde kerk van Harmelen.
Jaargang 3 - nr 2 - september 2010
Website Stichts-Hollandse Historische Vereniging:
http://www.shhv.info/
Altijd al benieuwd geweest wat er op alle balken staat in de kerk? Hieronder de teksten!
Balken gezien vanaf de kansel (middenschip, voorzijde) van boven naar beneden:
"Zalig zijn de zachtmoedigen, want zij zullen het aardrijk beerven"
"Zalig zijn de armen van geest, want hunner is het koninkrijk der hemelen"
"Zalig zijn die treuren, want zij zullen vertroost worden"
"Zalig zijn de barmhartigen, want hun zal barmhartigheid geschieden"
Balken gezien vanaf de kansel (middenschip, achterzijde) van boven naar beneden:
"Komt herwaarts tot Mij, allen die vermoeid en belast zijt en Ik zal u ruste geven"
"Want de Zoon des menschen is gekomen om zalig te maken dat verlorgen was"
"Die volstandig zal blijven tot het einde die zal zalig worden"
Balken gezien vanaf de kansel (linkerkant) van boven naar beneden:
"Mij is gegeven alle macht in hemel en op aarde"
"Gezegend is Hij, die komt in den naam des Heeren"
"Oordeelt niet opdat gij niet geoordeeld worden"
Balken gezien vanaf de kansel (linkerkant-achterkant) van boven naar beneden:
"Geeft den Keijzer dat des Keijzers en Gode dat Gods is"
"Met welke maat gij meet zal u weder gemeten worden"
Balken gezien vanaf de kansel (rechterkant-voorkant) van boven naar beneden:
"Ontwaakt gij die slaapt en sta op uit de dooden"
"Want mijn juk is zacht en mijn last is licht"
"Bidt voor degenen die u geweld aandoen"
Balken gezien vanaf de kansel (rechterkant-achterzijde) van boven naar beneden:
"Maar bij God zijn alle dingen mogelijk"
"Die ooren heeft om te hooren, die hooren"
Een Duitser in de Harmelense kerk
Voordat dit voorval beschreven word, zien we terug op de politieke situatie rond 1900 en daarna in ons land. Van 1899 tot 1902 woedde in Zuid Afrika de Boerenoorlog. Dat was een oorlog tussen de nazaten van ons land en het Britse rijk. Als gevolg daarvan was de stemming in ons land anti Engels en pro Duits. Dat bleef zo tot na de 1e Wereldoorlog. Langzaam veranderde de sfeer in ons land en gedurende de 2e Wereldoorlog werden we anti Duits. Maar het duurde toch wel even voordat het verzet tegen de Duitsers vorm kreeg.
In Rom. 13:1 staat dat we ons aan het gezag moeten onderwerpen, want het gezag is door God ingesteld. Dit schreef de apostel Paulus toen zijn land bezet werd door de Romeinen. Zou dat dan niet gelden als je land door de Duitsers is bezet? Dit was een dilemma voor veel christenen in oorlogstijd. Maar er staat ook geschreven dat je God meer moet gehoorzamen dan de mensen, Hand. 5:29. Al met al kwam het op een persoonlijke afweging aan hoe je moest handelen in peniebele situaties. Langzaam maar zeker namen steeds meer christen deel aan het verzet tegen de Duitsers. Maar hoe dan ook, Duitsers waren en zijn ook je medemensen. In Matth. 5:44 staat geschreven: Heb uw vijanden lief…..
In 1944 liep de 2e Wereldoorlog langzaam op zijn eind. 6 juni 1944 landden de geallieerden in Normandië. In september 1944 was er de slag om Arnhem en tenslotte was er in december 1944 het wanhoopsoffensief van de Duitsers in de Ardennen, het Ardennenoffensief dat op niets uitliep. Het zuiden van ons land was inmiddels bevrijd. In Brabant en Limburg waaide weer het rood wit en blauw. Vanuit dit deel van ons land werd het gebied boven de rivieren gebombardeerd door de Engelsen. Zo ook werd het spoor bij de Putkop gebombardeerd. Deze spoorlijn was van vitaal strategisch belang omdat via deze lijn ook de V2-wapens werden getransporteerd om afgeschoten te worden op Engeland.
Ook in 1944 kwam de Duitse soldaat Friedrich Klammer naar onze regio. Hij was voordien een predikant van de Reformierte Kirche en werd ingekwartierd bij de familie van der Grift aan de Houdijk die onder Kamerik viel. Daar woonden moeder Geertruid, zoon Hendrik en dochter Hendrika Anna. Zij kerkten in Hervormd Harmelen. Zoon en dochter waren ongehuwd.
Tussen deze mensen en Friedrich is kennelijk een goede verstandhouding ontstaan. Friedrich stond kritisch tegenover het regiem van Hitler in zijn land en hij was als predikant toegetreden tot de z.g.n. Bekennende Kirche, een kritische beweging in de Duitse protestantse kerk. Zondags ging de familie van der Grift ter kerke in Harmelen met de koets, een tilbury, zoals door de boeren toen gebruikelijk was. Als soldaat Friedrich Klammer vrij van dienst was ging hij gewoon mee in zijn Duitse uniform….. Wat zullen de mensen daarvan gezegd en gedacht kunnen hebben?
De Duitse eenheid waartoe hij behoorde bewaakte de spoorlijn bij ons dorp om zodoende te voorkomen dat het onklaar gemaakt zou worden. Toen de oorlog ten einde liep is Friedrich Klammer met zijn eenheid vertrokken naar de Heimat, maar hij beloofde de familie van der Grift om na de oorlog terug te komen. Ze onderhielden schriftelijk contact tot c.a. 1976. Dat beloofde bezoek heeft nooit plaatsgevonden en daar had Friedrich verdriet over dat hij deelde met zijn kinderen. Moeder van der Grift overleed in 1956 en Hendrik en Hendrika in resp. 1987 en 1986. Friedrich overleed in 1986, 88 jaar oud.
Zijn zoon Jost wist uiteraard van dit alles omdat zijn vader alles op schrift had nagelaten. Ook Jost Klammer was predikant in de Evangelische Kirche van Duitsland. Jost nam contact op met de Hervormde gemeente van Woerden en via dit contact kwam men in Harmelen terecht. Tijdens een vakantie in ons land kwam Jost met zijn vrouw Hilburg op zondag 1 oktober 2006 naar Harmelen. Hij wilde datgene doen wat zijn vader om diverse redenen niet gekund had.
Zo werd hij en zijn vrouw voor de dienst voorgesteld aan de kerkenraad en aan ds. Van der Dussen die toen voorging. De preek ging over Ps. 84:12 en tevens werd het Heilig Avondmaal gevierd. Dit alles maakte een diepe indruk of de familie Klammer.
Na de dienst werd een bezoek gebracht aan de Houdijk om te bekijken waar hun vader ingekwartierd was geweest. Op basis van een meegebrachte foto kon de boerderij waar eertijds de familie van der Grift woonden, snel gevonden worden.
J. Kwantes
Hier volgen enkele foto's van de Kerk